Ik hoor Klaas rennen in onze slaapkamer. Geen jacht op een enge kakkerlak of megaspin dit keer, maar sporten met de Wii 🙂 (Omdat er veel smog, uitlaatgassen en stof in de lucht zitten bij ons in de stad, is binnen sporten fijner dan buiten joggen.) Maya ligt te slapen, en ik tiep een blogje.
Een hele tijd terug alweer vroegen we de lezers van onze blog om vragen te stellen, ter inspiratie voor nieuwe blogs. We hebben wat vragen beantwoord, maar nog niet allemaal. Een paar gingen over ons dagelijkse, normale leven. Hoe regelen we de oppas voor Maya? Missen we Nederlandse kaas?
We wonen nu inmiddels 3,5 jaar in Zuid-Azië en veel dingen die in het begin raar waren, zijn nu normaal. Eerder snakten we naar een stukje Nederlandse kaas, nu is de yakkaas ook prima. Een kennis uit Nederland is nu op bezoek in Nepal, en ze vroeg wat ze voor ons mee kon nemen. Grappig om te merken dat waar ik eerder een waslijst aan dingen kon opratelen die ik erg graag wilde hebben, ik er nu zelfs even over moest nadenken. Maar toch waren we erg blij dat ze pure hagelslag, Nederlandse koffie, Jip en Janneke rozijnendoosjes en een Donald Duckie voor ons meebracht.
Sinds ik aan mijn master in Member Care ben begonnen (afgelopen mei) hebben we meer dagen hulp in de huishouding. Klinkt misschien een beetje decadent, maar met het gebrek aan elektriciteit, de stoffige stad en geen supermarkt waar je groente voorgesneden kan kopen, neemt het huishouden hier veel tijd. En doordat we een lieve hulp hebben die het goed met Maya kan vinden, hebben we ook gelijk oppas. Drie dagen in de week werk ik op het kantoor van onze organisatie. Dat geeft een stuk meer structuur aan mijn werkweek dan eerder toen ik alleen thuis werkte. Vandaag was geen kantoordag: er waren twee nieuwe collega’s gearriveerd. Twee meiden van achter in de twintig uit Amerika, die hier surveywerk gaan doen (wat Klaas eerst ook deed, taalonderzoek). Omdat ik de oriëntatie van nieuwkomers leidt, en mijn hulp vandaag vanwege Teej niet werkte, neem ik Maya mee als ik met hun simkaarten ga kopen. Daarvoor moet je hier een lang formulier invullen (ze vragen o.a. de voornaam van je overgrootvader), vingerafdrukken maken en een kopie van je paspoort en visum geven. Bij een klein internetcafeetje maken we kopieën. Ik duw Maya’s kinderwagen door het chaotische verkeer, en vertel aan de nieuwkomers hoe ik bang Klaas zijn hand vasthield als we overstaken, bij ons eerste bezoek in 2010.
Hier een filmpje van Klaas en Maya op straat, een paar weken terug.
Bij de oriëntatie van nieuwkomers blijf ik herhalen hoe normaal het is om totaal uitgeput te zijn aan het eind van de dag, als je hier net een paar maand bent. Zoveel dingen zijn anders dan je gewend bent, het kost enorm veel energie om dat allemaal te verwerken en te leren. Vaak voelen mensen zich een beetje dom, en denken ze dat ze veel effectiever hun dag moeten kunnen gebruiken.
Nadat de simkaarten binnengehaald zijn, lopen we naar een cafeetje voor koffie met koekjes. Onderweg naar het café wijs ik landmarks (dit keer de dierentuin) aan; om hun te helpen de weg te vinden als ze alleen op pad gaan. Je hebt hier nauwelijks straatnamen en beschrijft waar je bent door een kruispunt in de buurt of een bekend gebouw te noemen. Het caféetje waar we zitten heeft erg lekkere koekjes, en wordt gerund door een Argentijnse familie. (Lokale koekjes zijn vaak droog en een beetje smakeloos.) En omdat je comfort food nodig hebt als alles om je heen nieuw is en je uitgeput neerploft, is het een erg belangrijk deel van onze ochtend 😉
Ik drop de meiden bij een restaurant (met erg lekker lokaal eten), waar ze met een collega gaan lunchen. Maya valt in slaap in de buggy, net voordat we thuis zijn. Ik plof met mijn dikke buik (6 maanden in verwachting inmiddels) op de bank.
’s Middags doe ik Maya en mijzelf een fietshelm op (nu ik zwanger ben vind ik dat ik er ook één moet dragen), zet haar in een stoeltje achterop de mountainbike en fiets naar ons kantoor. We krijgen altijd veel bekijks met haar op de fiets. Wij moesten wennen aan baby’s en kleine kindjes die samen met hun ouders (helmloos) op één motor door de stad crossten, maar locals vinden een kindje achterop de fiets veel gekker. Motors die ons inhalen, remmen af en blijven naast ons rijden om dat eens goed te bekijken. Een moeder die haar kind van school heeft gehaald, wijst naar ons en roept ‘wat een mooie baby!’. Klaas leidt, vanuit zijn werk als Cross Culturele Communicatie specialist, een boekbespreking voor collega’s. Ze lezen samen een klassieker over de cultuur hier: over o.a. het kastesysteem en fatalisme. Ik kom langs om Klaas aan het werk te filmen, we willen straks in Nederland wat van ons werk kunnen laten zien.
Dat is leuk aan hier werken: geen collega kijkt er gek van op dat ik Maya mee neem naar ons kantoor. Werk en privé loopt door elkaar, wat soms vermoeiend is, maar ook z’n makkelijke kanten heeft. Na een half uurtje springen we weer op de fiets naar huis. Maya is moe (vannacht weinig geslapen omdat ze buikgriep heeft en 4 keer moest overgeven) en zit te piepen. Ik zet haar in de kinderstoel, doe mijn laptop aan en zet die voor haar neer. Maya wijst naar het scherm en zingt ‘Nijjj!’, het begin van de tune van Nijntje. Een beetje Nederlandse cultuur moeten we er wel in houden natuurlijk 🙂
hi Dineke, Klaas en Maya,
Leuk om jullie blog te lezen, heerlijk herkenbaar:)
Je bent dus echt aan de studie begonnen, benieuwd hoe je eerste ervaringen zijn!
En dan nu al weer 6 maanden zwanger, dat betekend vast dat we jullie gaan missen in november! Wanneer komen jullie met verlof?
Zegen en een lieve groet van ons tweetjes
Hoi Dineke.
Leuk om te lezen over hoe jullie leven is; en ook om te zien. Ik vind het niet raar dat je gebouwen aanwijst in een stad omdat je de straatnaam niet weet, ik heb dat ook hier in Zwolle en leg mensen uit aan de hand van dingen in de straat waar ze heen moeten.
Veel plezier, geniet van de mooie omgeving, sterkte met het werk en Gods zege,
Jolanda